Harry Kunneman (o.a. bekend van zijn boek ‘Voorbij het ‘dikke-ik’) spreekt van het ‘broodroostermodel’. Hij geeft daarmee een metafoor voor zijn kijk op zorg, welzijn en het onderwijs. De leerling of de cliënt is als een boterham, die moet passen in het bureaucratisch model en formats. Een model dat draait op financiering per diploma en bedbezetting. In dit model moet ook de professional zich voegen. Kunneman noemt dat de broodroosterprofessionaliteit.

Het zijn van een normatieve professional, vraagt om wat anders. Het vraagt om regie te nemen voor je eigen stokpaardjes en valkuilen. Het vraagt dus om te werken aan een houding waarbij er altijd vragen gesteld mogen worden over jouw filters in betekenisgeving. Voor professionals betekent dat om doelbewust ontregeling op te zoeken, je eigen tegenwind te creëren en je eigen leren te organiseren. Hoe doe je dat? Hoe doen jullie dat?

Door wat bekend is in een andere context te zetten, geef ik je een beeld hoe ik dat kan doen. Wat ervaar je dan?

Terug